Hieronder vindt u een overzicht van de meest voorkomende vragen met hun antwoorden die onze gebruikers hebben over de basisregisters. Als u een vraag heeft die hieronder niet beantwoord wordt, mail dan naar digitaal.vlaanderen@vlaanderen.be(opent in uw e-mail applicatie).
Algemene vragen
De Vlaamse URI-standaard schrijft voor dat naar Vlaamse ‘resources’ (zoals een object in het Gebouwenregister) kan verwezen worden met een Uniform Resource Identifier (URI). Deze data-URI is door zijn opbouw uniek binnen het World Wide Web en kan dus als stabiele identificator in eender welk systeem of databank gebruikt worden om ondubbelzinnig naar dat ene object te verwijzen. Daarnaast laten data-URI’s toe de resources als ‘linked data’ aan te bieden.
Gebruik van de producten
De WMS laat toe adressen, gebouwen en gebouweenheden per status en wegsegmenten per soort op kaart te visualiseren en objecten aan te klikken voor meer informatie. Deze kaartlagen kunnen ingeladen worden in GIS- of andere software. Een lijst van GIS-software vindt u hier(opent in nieuw venster). We kunnen zelf QGIS (open source, gratis) aanbevelen.
Het is belangrijk in de GIS-software als coördinatensysteem voor het project EPSG:31370 (Belgian Lambert 72) te kiezen en PNG als beeldformaat vooraleer lagen toe te voegen. De adressen worden zichtbaar vanaf schaal 1:2000 en hoger, gebouwen en gebouweenheden worden zichtbaar vanaf schaal 1:8000 of hoger en wegen worden zichtbaar afhankelijk van soort weg. De maximumschaal is 1:28000.
Via de ‘identify’-functie kunt u de details van een object op de kaart met een muisklik opvragen.
Een eenvoudige test van de REST-services kan door een URL samen te stellen in de adresbalk van uw browser. In uw browser krijgt u dan ook het resultaat van de aangeroepen service.
- Algemene uitleg over de endpoints kan hier(opent in nieuw venster) gevonden worden.
- Documentatie over de URL’s, bijhorende parmameters en voorbeelden kunnen hier(opent in nieuw venster) gevonden worden.
De update frequentie van de WMS’en bij wijzigingen in het gebouwen- en adressenregister zijn near realtime. Wat houdt dit in? Dit wil zeggen dat als bijvoorbeeld een adres wordt aangepast, de aanpassing van het adres zo goed als direct erna ook in de WMS van het gebouwen- en adressenregister zichtbaar zal zijn.
De update frequentie van de geolocation service bij wijzigingen in het gebouwen- en adressenregister zullen pas de dag nadien zichtbaar zijn in de geolocation service.
Gebouwen, gebouweenheden en adressen
In gebouwen met exact één gebouweenheid krijgt de gebouweenheid een huisnummer.
Als er voor één gebouw meerdere gebouweenheden bestaan, dan moeten de gemeenten aan elk van deze gebouweenheden een busnummer toekennen terwijl aan de gemeenschappelijke delen geen busnummer mag worden toegekend.
Meer uitleg wordt voorzien in de richtlijnen van BestAdd: https://www.belgif.be/page/activity/bestwg.nl.html(opent in nieuw venster)
Nee, dit is niet noodzakelijk.
Een gebouweenheid ligt steeds binnen een gebouw. Het attribuut positieGeometrieMethode geeft aan hoe de positie is bepaald:
- Is de waarde ‘afgeleidVanObject’ dan werd deze positie afgeleid van het gebouw waarbinnen de gebouweenheid ligt en betreft het de centroïde van het gebouw.
- Is de waarde ‘aangeduidDoorBeheerder’ dan werd de positie manueel geplaatst door een decentraal beheerder.
Ook een adres heeft het attribuut positieGeometrieMethode, dat gebruikt wordt in combinatie met positieSpecificatie:
- Is de waarde van positieGeometrieMethode ‘afgeleidVanObject’
- en de waarde van positieSpecificatie is ‘Gebouweenheid’: de positie van het adres wordt afgeleid van de gekoppelde gebouweenheid, het adres en de gebouweenheid zullen dus dezelfde positie hebben.
- en de waarde van positieSpecificatie is ‘Perceel’: de positie van het adres wordt afgeleid van het gekoppelde perceel, het adres zal op de centroïde van het perceel geplaatst worden.
- Is de waarde ‘aangeduidDoorBeheerder’ dan werd de positie manueel geplaatst door een decentraal beheerder.
Nee, dit is niet het geval. Het gebouw kan 0, 1 of meerdere gebouweenheden hebben. De decentrale beheerder zal gebouweenheden aanmaken in het gebouwen- en adressenregister. Deze hebben automatisch de functie ‘nietGekend’. Een gemeenschappelijk deel zal niet door een decentrale beheerder kunnen aangemaakt worden, want deze gebouweenheid wordt automatisch aangemaakt van zodra er 2 gebouweenheden aan het gebouw zijn gekoppeld.
In gebouwen waarin minstens twee functioneel zelfstandige gebouweenheden voorkomen (bv. een gebouw met een winkel op het gelijkvloers en een wooneenheid op de eerste verdieping) worden de ruimten en structuren die door de eenheden gedeeld worden voorgesteld door een extra gebouweenheid met de functie ‘gemeenschappelijk deel’. Deze gebouweenheid wordt volledig automatisch aangemaakt en beheerd.
Er wordt slechts één gemeenschappelijk deel per gebouw aangemaakt. Een flatgebouw met meerdere trappenhallen, liftkokers en een gedeelde ondergrondse garage krijgt dus één gemeenschappelijk deel (niet één per trappenhal/liftkoker/garage).
Zie https://basisregisters.vlaanderen.be/documentatie/statusflowgrar(opent in nieuw venster) voor een volledig overzicht per object per status.
Adressen worden in het gebouwen- en adressenregister niet meer rechtstreeks aan het gebouw gekoppeld, maar aan gebouweenheden binnen dat gebouw.
De te volgend aanpak is daarom:
- Stap 1: Bepaal de objectidentificator van het adres in kwestie:
Voorbeeld: URL: http://basisregisters.vlaanderen.be/api/v2/adressen?gemeentenaam=Denderleeuw&straatnaam=Nieuwstraat&huisnummer=2
geeft dit antwoord (het adresID staat in het vet)
{
“@context”: “https://docs.basisregisters.vlaanderen.be/context/adres/2023-02-28/adres_lijst.jsonld”,
“adressen”: [
{
“@type”: “Adres”,
“identificator”: {
“id”: “https://data.vlaanderen.be/id/adres/278669”,
“naamruimte”: “https://data.vlaanderen.be/id/adres”,
“objectId”: “278669”,
“versieId”: “2023-11-01T14:46:41+01:00”
},
“detail”: “https://api.basisregisters.vlaanderen.be/v2/adressen/278669”,
“huisnummer”: “2”,
“volledigAdres”: {
“geografischeNaam”: {
“spelling”: “Nieuwstraat 2, 9470 Denderleeuw”,
“taal”: “nl”
}
},
“adresStatus”: “inGebruik”
}
]
}
- Stap 2: Zoek de gebouweenheden o.b.v. dit adres
Voorbeeld: URL: http://basisregisters.vlaanderen.be/api/v2/gebouweenheden?adresobjectid=278669
geeft dit antwoord. In het vet staan de details van de gebouweenheden.
{
“@context”: “https://docs.basisregisters.vlaanderen.be/context/gebouw/2023-02-28/gebouweenheid_lijst.jsonld”,
“gebouweenheden”: [
{
“@type”: “Gebouweenheid”,
“identificator”: {
“id”: “https://data.vlaanderen.be/id/gebouweenheid/19716663”,
“naamruimte”: “https://data.vlaanderen.be/id/gebouweenheid”,
“objectId”: “19716663”,
“versieId”: “2023-11-03T05:39:13+01:00”
},
“detail”: “https://api.basisregisters.vlaanderen.be/v2/gebouweenheden/19716663”,
“gebouweenheidStatus”: “gerealiseerd”
}
]
}
- Stap 3: Bepaal in welk gebouw(en) de teruggegeven gebouweenheden liggen.
Voorbeeld: URL https://api.basisregisters.vlaanderen.be/v2/gebouweenheden/19716663
geeft dit antwoord, met in het vet de details van het gebouw:
{
“@context”: “https://docs.basisregisters.vlaanderen.be/context/gebouw/2023-02-28/gebouweenheid_detail.jsonld”,
“@type”: “Gebouweenheid”,
“identificator”: {
“id”: “https://data.vlaanderen.be/id/gebouweenheid/19716663”,
“naamruimte”: “https://data.vlaanderen.be/id/gebouweenheid”,
“objectId”: “19716663”,
“versieId”: “2023-11-03T05:39:13+01:00”
},
“gebouweenheidPositie”: {
“geometrie”: {
“type”: “Point”,
“gml”: “\u003Cgml:Point srsName=\”https://www.opengis.net/def/crs/EPSG/0/31370\” xmlns:gml=\”http://www.opengis.net/gml/3.2\”\u003E\u003Cgml:pos\u003E129432.56 174560.46\u003C/gml:pos\u003E\u003C/gml:Point\u003E”
},
“positieGeometrieMethode”: “aangeduidDoorBeheerder”
},
“gebouweenheidStatus”: “gerealiseerd”,
“functie”: “nietGekend”,
“gebouw”: {
“objectId”: “19716636”,
“detail”: “https://api.basisregisters.vlaanderen.be/v2/gebouwen/19716636”
},
“adressen”: [
{
“objectId”: “278669”,
“detail”: “https://api.basisregisters.vlaanderen.be/v2/adressen/278669”
}
],
“afwijkingVastgesteld”: false
}
Een straatnaam moet uniek zijn binnen een gemeente. Districten zijn in geen enkel adresmodel (Adressenregister, OSLO², BeSt-Add) voorzien. Echter in bepaalde gemeenten zijn er nog dezelfde straatnamen in verschillende districten. De homoniemtoevoeging wordt gebruikt om aan te duiden in welk district de straatnaam ligt. Een straatnaam is met de bijhorende homoniemtoevoeging uniek binnen een gemeente.
Voorbeeld:
- Straatnaam = Krijgsbaan, homoniemtoevoeging = HO, waarbij ‘HO’ staat voor het district ‘Hoboken’.
- Straatnaam = Krijgsbaan, homoniemtoevoeging = DE, waarbij ‘DE’ staat voor het district ‘Deurne’.
Nieuwe homoniemtoevoegingen zijn niet toegestaan. Het is wel mogelijk om bestaande homoniemtoevoegingen te wijzigen of te verwijderen. Bij gemeentelijke fusies moeten de homoniemen opgelost zijn op de datum dat de fusie ingaat.
In het gebouwenregister wordt geen onderscheid gemaakt tussen hoofd- en bijgebouwen, waarbij dit in het GRB wel gebeurd.
Het informatiemodel beschrijft dus geen relatie tussen hoofd- en bijgebouwen (bijvoorbeeld tussen een woning en het tuinhuis dat daarbij staat). Hoewel dit nuttig zou zijn, is het in de praktijk niet evident om deze relatie te bepalen. Bijgebouwen bij een hoofdgebouw bevinden zich bijvoorbeeld niet noodzakelijk op hetzelfde perceel (denk aan stallen bij een boerderij). Ook kunnen verschillende partijen andere interpretaties hebben van welke bijgebouwen bij een hoofdgebouw horen; deze koppeling kan toepassingsafhankelijk zijn, terwijl het register beoogt zo toepassingsonafhankelijk mogelijk te zijn. Als de relatie al in het gebouwen- en adressenregister beheerd zou worden, moeten beheerders gevonden worden die deze relatie actualiseren. Om deze redenen werd besloten de relatie vooralsnog niet in het register op te nemen.
De volledige afbakening van gebouwen staat uitgelegd in het document “Procedure Afbakening Gebouw”, te vinden op Gebruik en achtergrondinformatie
Op dezelfde pagina wordt de afbakening van gebouweenheden uitgelegd in het document “Procedure Afbakening Gebouweenheden”.
In het detail van een gebouw worden ook de gekoppelde percelen getoond (zie documentatie(opent in nieuw venster)). Bijkomend kan gefilterd worden op een specifiek perceel.
De koppeling tussen een gebouw en een perceel wordt automatisch berekend aan de hand van een formule die rekening houdt met de mate van overlap tussen het gebouw en het perceel. Deze overlap moet voldoende groot zijn om de koppeling te maken.
Meldingen
Wanneer een gebouw gesloopt wordt, zal dit in het bijhoudingsproces van het GRB pas na een bepaalde tijd behandeld worden. Wil u dit versnellen, kan u een melding aanmaken in LARA met als thema ‘Ingemeten gebouw’ en oorzaak ‘Verwijderd / Overbodig’.
U mag de melding wel pas aanmaken wanneer het gebouw effectief gesloopt is, anders zal de melding aanzien worden als onterecht en niet behandeld worden.