Resultaten van de Vlaamse toetsen
Vind de algemene resultaten van de toetsen. Leerlingen krijgen een feedbackfiche met hun resultaat in de vorm van een vaardigheidsniveau. Scholen krijgen de schoolresultaten in het najaar. Leer meer over de analyse van de resultaten, hoe je de feedbackfiche raadpleegt en wat de vaardigheidsniveaus betekenen.
Algemene resultaten
De afname van de toetsen gebeurt in april en mei.
Individueel leerlingenresultaat - feedbackfiche
Leerlingen krijgen hun resultaat in de vorm vaardigheidsniveaus op een individuele feedbackfiche. Deze fiche krijgen ze van de school.
Vind een voorbeeld van de feedbackfiches met extra uitleg:
Schoolfeedback
Scholen ontvangen in het najaar hun schoolfeedback.
Uitleg om de resultaten goed te begrijpen
Nadat een leerling de toets heeft afgelegd, worden de antwoorden niet zomaar opgeteld, maar geanalyseerd.
Het resultaat van de toetsen is dus geen score op 10 of een eenvoudige optelsom van de juist beantwoorde vragen, maar een vaardigheidsniveau. Omdat niet iedere leerling dezelfde vragen heeft beantwoord, wordt met vaardigheidsniveaus gewerkt.
- Een leerling die de (meeste) eerste vragen juist beantwoordde, krijgt daarna moeilijkere vragen.
- Een leerling die de eerste vragen niet (allemaal) juist beantwoordde, krijgt daarna gemakkelijkere vragen.
De leerling krijgt voor het antwoord op een makkelijke vraag niet dezelfde score als voor het antwoord op een moeilijke vraag.
Een feedbackfiche geeft per leerling de resultaten van de Vlaamse toetsen weer in de vorm van vaardigheidsniveaus. De vaardigheidsniveaus (A, B, C, D of E) staan voor wat een leerling kan en kent van het onderwerp van elk toetsonderdeel.
- A betekent dat de leerling binnen dat toetsonderdeel veel kan en kent.
- E betekent dat de leerling (nog) niet voldoende kan en kent.
Die fiche vermeldt voor leerlingen van het secundair ook of ze wel of niet de eindtermen behalen.
Om de behaalde resultaten te verbinden met het juiste vaardigheidsniveau, maken onderzoekers gebruik van een statistisch model. Dit model maakt het mogelijk om resultaten van leerlingen op een betrouwbare manier met elkaar te vergelijken.
Wil je meer weten over hoe dit statistisch model werkt en onderzoekers ermee aan de slag gaan?
- Lees de uitleg bij de resultaten van de Vlaamse toetsen(opent in nieuw venster). Je vindt er meer informatie over:
- De van de Vlaamse toetsen (hoofdstuk 1)
- De analyse van de toetsresultaten (hoofdstuk 2)
- Eindtermen en cesuren (hoofdstuk 3)
- De verhouding tussen vaardigheidsniveaus en eindtermen (hoofdstuk 4)
Wil je meer weten over hoe wiskunde en leesbegrip worden getoetst? Lees de uitleg bij de toets:
Vaardigheidsniveaus
Vaardigheidsniveaus worden aangeduid met een letter. Er zijn 5 vaardigheidsniveaus:
- Het laagste vaardigheidsniveau is E.
- Het hoogste vaardigheidsniveau is A.
Voor elk toetsonderdeel hebben de vaardigheidsniveaus een andere betekenis.
- Je kunt toetsen dus niet zomaar met elkaar vergelijken
- Je moet toets per toets bekijken wat je kent en kan in elk vaardigheidsniveau.
Download de omschrijving van de vaardigheidsniveaus:
Eindtermen
Eindtermen(opent in nieuw venster) geven aan wat leerlingen op het einde van een onderwijsniveau minimaal moeten bereiken.
Wil je precies weten welke eindtermen er geselecteerd werden voor de Vlaamse toetsen? Bekijk de geselecteerde eindtermen voor Nederlands en wiskunde en de afbakening voor het 4de leerjaar lager onderwijs: