Trajectcontrole
Trajectcontrole is een systeem waarbij de gemiddelde snelheid over een langere afstand wordt gemeten.
Trajectcontrole werkt met nummerplaatherkenning (ANPR). Als u met een te hoge gemiddelde snelheid rijdt tussen de meetpunten, dan stuurt het systeem de gegevens door naar de federale politie. Daarnaast detecteert de installatie ook geseinde wagens en pechstrookrijders.
Uit een studie(PDF bestand opent in nieuw venster) van de Universiteit van Hasselt bleek dat op de stukken snelwegen met trajectcontrole:
- aantal snelheidsovertreders (tot 127 km/uur) daalt
- aantal zware snelheidsovertreders (meer dan 127 km/uur) zeer sterk daalt
- aantal ongevallen daalt, ook voor en na de bewaakte zone.
Waar?
Op de website van het Agentschap Wegen en Verkeer staat een overzichtskaart van de huidige en toekomstige trajectcontroles(opent in nieuw venster) op snelwegen en gewestwegen in Vlaanderen.
Flitspalen worden zoveel mogelijk vervangen door trajectcontrole, zowel op gewestwegen als snelwegen. De inkomsten van de boetes zullen worden geïnvesteerd in verkeersveiligheid.
Er is ook mobiele trajectcontrole. Een mobiele trajectcontrole is snel te verplaatsen en kan dus ingezet worden op verschillende tracés en ook bijvoorbeeld tijdelijk bij wegenwerken.
Verschil met flitspalen
Het effect van trajectcontrole is anders dan bij flitspalen. In de buurt van flitspalen remmen bestuurders soms plots af om daarna weer op te trekken. Trajectcontrole zorgt voor een gelijkmatige verkeersstroom en een rustiger wegbeeld. Trajectcontrole is niet mogelijk in de bochten op verkeersknooppunten of op ringwegen met korte trajecten tussen opeenvolgende op- en afritten.