Gedwongen opname of collocatie
Gedwongen opname (soms collocatie genoemd) is bedoeld als beschermingsmaatregel. Wie een gevaar vormt voor zichzelf of voor anderen kan tot opname in een psychiatrische afdeling gedwongen worden.
Voorwaarden
Een gedwongen opname is in eerste instantie slechts mogelijk voor maximum 40 dagen. Daarna kan door de vrederechter of procureur beslist worden tot verlenging van de opname. Concreet wordt er dikwijls al na 10 dagen een evaluatie gedaan door de vrederechter of procureur. Als er dan geen 'geestesziekte' kan worden vastgesteld, dan wordt de betreffende persoon terug vrij gelaten.
In volgende gevallen is het mogelijk om over te gaan tot een gedwongen opname of 'collocatie':
- iemand gedraagt zich zo agressief dat er ernstig gevaar is voor anderen in de omgeving
- iemand brengt zijn eigen gezondheid en veiligheid zeer ernstig in gevaar
- er is sprake van een 'geestesziekte'. De wet geeft hier geen definitie over, een medisch expert bepaalt of iemand geestesziek is.
Procedure
Er zijn twee procedures, een gewone procedure en een spoedprocedure.
Gewone procedure
De gewone procedure voor gedwongen opname start met het indienen van een verzoekschrift bij de vrederechter. Aan dit verzoekschrift moet een medisch verslag worden toegevoegd (bijvoorbeeld van de huisarts). Binnen de 24 uur na de indiening van het verzoekschrift bepaalt de vrederechter de dag en het uur van zijn bezoek aan de persoon wiens opname wordt gevraagd.
Spoedprocedure
Er kan een spoedprocedure worden opgestart als er sprake is van een acute situatie of van hoogdringendheid.
De politie neemt in dat geval contact op met de Procureur des Konings.