Gedaan met laden. U bevindt zich op: Van werkstraf tot straf werk voor Mooimakers Verhalen uit het agentschap

Van werkstraf tot straf werk voor Mooimakers

JC werd door de rechtbank veroordeeld tot een werkstraf. Hij koos ervoor om zijn werkstraf uit te voeren bij de stad Ieper. Daar loopt het project “Mooimakers”, een actie van de Vlaamse overheid waarbij o.a. lokale besturen ondersteund worden in hun strijd tegen zwerfvuil. Het werd een perfecte match. Na zijn werkstraf werd JC zelf een echte Mooimaker.

JC is niet de echte naam van de werkgestrafte.

Vroeger hing ik thuis maar wat rond of kroop ik uit verveling op café. Als ik nu ’s avonds thuiskom, voel ik me goed. Ik hou de straten proper en de mensen appreciëren dat.

In het justitiehuis van Ieper ontmoeten we justitieassistente Saskia Cappelle en haar cliënt JC. Saskia kent JC goed. Ze heeft hem in het verleden al eens opgevolgd, in het kader van een ander mandaat. JC is invalide. Hij heeft een lichte mentale beperking en connecteert daardoor moeilijker met andere mensen. “Doordat ik hem al wat langer ken, durft hij mij wel vertrouwen”, vertelt Saskia. “Hij was heel gemotiveerd om aan zijn werkstraf te beginnen. Hij had zelf al geïnformeerd bij de stad Ieper of hij er terecht zou kunnen. We zijn toen samen met de stad Ieper rond de tafel gaan zitten en kwamen uit bij “Mooimakers”. Daar heeft hij zijn werkstraf kunnen uitvoeren.”

JC, je kreeg van de rechter een werkstraf opgelegd van 50 uur. Wat vond je van die straf?

JC: Ik was heel content. In het verleden heb ik eens een paar domme stoten uitgehaald en moest ik een paar voorwaarden naleven van de rechter maar dat ging me niet af. Zo’n werkstraf is dus beter voor mij. En als mijn werkstraf lukte dan moest ik ook de boete niet betalen. Die kwam op meer dan 1000 euro. Ik ben gepakt met dronken rijden op mijn brommer en had ook nog een rijverbod van 15 dagen. Aan dat rijverbod heb ik mij stipt gehouden.

Saskia: In het begin was het afwachten hoe het zou lopen. JC had al heel lang niet meer gewerkt. Zou hij zich aan de werkuren kunnen houden? Zou hij kunnen samenwerken met anderen? Uiteindelijk bleek dat allemaal geen probleem.

JC: Ik heb er nooit zo bij stilgestaan. Ik deed de job gewoon graag. Het ging allemaal vanzelf. Zie maar. JC toont ons een halfgevulde PMD-zak die hij bij zich heeft. Ik ben nog alle dagen bezig. Ik kan niet meer stoppen (lacht).

Saskia: Dat bleek ook bij de eerste tussentijdse evaluatie die ik had voorzien om de werkstraf van JC op te volgen. De begeleider vertelde mij dat JC altijd een uur te vroeg was op de werkvloer. En ’s avonds na zijn uren werkte hij verder als hij een bepaalde route niet had kunnen afwerken. Ze hebben hem moeten intomen (lacht).

Twee personen poseren voor de fiets die één van hen gebruikt om afval te ruimen
JC en zijn begeleider Johny

Wat moest je juist allemaal doen tijdens je werkstraf, JC?

JC: Ik kreeg dagelijks van Mooimakers een tour die ik moest afwerken. Zo’n tour was gemiddeld 8 km lang. Samen met Johny, mijn begeleider, ging ik dan op pad. Hij moest zien of ik mijn job goed deed en schreef de uren op die ik had gewerkt.

Heb je voor je werkstraf ook andere opties overwogen? Of was werken voor de stad Ieper jouw eerste keuze?

JC: Vroeger heb ik enkele jaren gewerkt als vuilnisman. Ik ken nog volk bij de stad en daarom heb ik na de uitspraak van de rechter eerst eens bij hen geïnformeerd.

Saskia: Bij JC kan het niet vlug genoeg gaan. Ik kreeg zelfs de tijd niet om het dossier op te starten (lacht). Nu, voor ons was het ook een mooie opportuniteit. Een tijd geleden hadden we werkgestraften die bij de groendienst van de stad Ieper terecht konden. Omwille van personeelsgebrek kon er geen opvolging meer voorzien worden waardoor de samenwerking op deze dienst al een hele tijd niet meer mogelijk was. Dankzij JC en Mooimakers kunnen we nu de samenwerking met de stad Ieper hernemen en hopelijk weer verder uitbouwen. Ook zij waren heel positief over de werkstraf van JC.

Een werkstraf is niet alleen straffen, het is ook mensen een nieuwe kans geven.
Afbeelding van justitieassistent Saskia Cappelle

Saskia Cappelle

justitieassistent

Afbeelding van fiets met daaraan twee afvalbakken bevestigd
De fiets met zelf ontworpen ophangsysteem.

Na je werkstraf mocht je als vrijwilliger bij Mooimakers blijven. Wat deed dat bij jou toen ze je dat voorstel deden?

JC staat recht en toont fier zijn blauwe vest van Mooimakers. Hij straalt.

JC: Tijdens de werkstraf mocht ik soms ook een vest van Mooimakers dragen, maar deze is echt van mij. Schoon, hé? En straks moet je maar eens komen kijken naar mijn fiets. Ik heb tijdens mijn werkstraf met stukken van kapstokken en wat tape een hangsysteem gemaakt voor twee bakken aan mijn bagagedrager. Daarmee rijd ik rond om zwerfvuil te rapen. De mensen zien dat graag. Als ik bezig ben met zwerfvuil op te ruimen, steken ze hun duim omhoog. Of ze komen een babbeltje doen. Dat vind ik heel plezant.

Saskia: JC is alleenstaand. Vaak voelde hij zich eenzaam en daar worstelde hij mee. Als Mooimaker heeft hij terug meer sociale contacten. Ik zie hem echt opleven en dat is geweldig om te zien.

JC: Vroeger hing ik thuis maar wat rond of ik kroop uit verveling op café. Als ik nu ’s avonds thuiskom, voel ik me goed. Ik maak de straten proper en de mensen appreciëren dat. Pas op, ik drink nog wel eens een paar pintjes hé. Maar alleen als ik niet moet werken. Ik zal ook niet zeggen dat ik nooit meer op café ga. Toch zeker niet meer alle dagen. Ik ben er gewoon te moe voor ’s avonds. En als ik toch eens ga, laat ik mijn brommer voortaan thuis. Die les heb ik wel geleerd.

Saskia: JC heeft dankzij zijn werkstraf een hobby gevonden die hij nu nog enkele dagen per week uitoefent. Dat vind ik wel een heel mooi gegeven aan een werkstraf. Het is niet alleen maar straffen, maar ook mensen nieuwe kansen geven. Het is aan de werkgestrafte om die te grijpen natuurlijk, maar dat heeft JC hier zeker wel gedaan.

JC: Nu heb ik een betere verslaving gevonden (lacht). Zelfs als ik gewoon naar de winkel ga, tuur ik in het rond op zoek naar vuil. En als ik iets van zwerfvuil zie liggen, steek ik het in mijn fietsbakken of pak ik het mee in een zak. Zelfs de kleinste sigarettenpeuk pak ik mee.

Hoeveel vuilniszakken zou je, sinds de start van je werkstraf, al gevuld hebben? Enig idee hoeveel, JC?

JC: Oeioei (lacht)… Ik ben de tel al kwijt ondertussen. JC toont ons de inhoud van de PMD-zak die hij bij zich heeft. En dat is alleen nog maar van deze voormiddag hé. Wat de mensen allemaal wegsmijten is echt onvoorstelbaar. Ik vind van alles: steengruis, kapotte stoelen, een oud bed, kapotte fietsen, zakken met kleren en heel veel blikjes. Soms heb ik geluk en vind ik ook wat centen of een briefje van 10 euro. In totaal heb ik zo toch al voor 30 euro aan geld bijeengeraapt. En heel af en toe vind ik in de gracht ook wel eens een schoonmoeder, maar die pak ik niet mee (grinnikt).

justitieassistent Saskia Cappelle naast JC

Het is duidelijk dat je je werk heel graag doet, JC. Als je nu terugkijkt op je werkstraf, wat heb je dan vooral geleerd?

JC: Met een glas te veel op op mijn brommer kruipen, ga ik niet meer doen. Ik heb mij voorgenomen heel rustig te blijven want als ik nog eens voor de rechter zou moeten komen, zal de straf een pak zwaarder zijn.

Saskia: Ik vind het knap van JC hoe hij zich dankzij die werkstraf herpakt heeft. Het geeft hem een doel, een dagbesteding en hij krijgt voor het eerst sinds lang nog eens waardering. Nu is het aan hem om het vol te houden. En als hij het wat lastig zou krijgen, dan weet JC mij wel te vinden.

JC: Dat is waar. Als ik het eens tegenzit, dan bel ik naar Saskia. Ook al is ze mijn justitieassistent niet meer, zij zal mij altijd proberen te helpen. En het doet deugd om dat te weten.