- Dataset
- Publiek
Beschrijving
Cijfers van de gemeente over: ammoniak emissies veeteelt, grondwater actiegebieden, grondwater putwater, hittegolf dagen, temperatuur, luchtkwaliteit, riolering en waterzuivering, rioleringskost, uitstoot fijn stof gebouwenverwarming, waterfactuur, bekkenwerking, gebiedsspecifieke actie, pesticide, waterkwaliteit waterlopen, overstroombare gebieden en gebouwen en ten slotte signaalgebieden.Distributies
- CSVDe veeteelt is voor 86% verantwoordelijk voor de ammoniakemissie binnen de land- en tuinbouw. Het overige deel is te wijten aan het gebruik van kunstmest en het kleinste aandeel vormen de emissies die vrijkomen tijdens de verwerking van de dierlijke mest. Ammoniak Emissies Veeteelt: De veeteelt is voor 86% verantwoordelijk voor de ammoniakemissie binnen de land- en tuinbouw in Vlaanderen. De veeteeltemissie omvat stal en opslagemissie, emissie van grazende dieren en emissie van het uitrijden van dierlijke mest. Het overige deel is te wijten aan het gebruik van kunstmest en het kleinste aandeel vormen de emissies die vrijkomen tijdens de verwerking van de dierlijke mest. Deze laatste (kunstmest en mestverwerking) zijn niet mee opgenomen in het emissiecijfer van de veeteelt.
- CSVActiegebied: Binnen een bepaald actiegebied worden specifieke maatregelen genomen om een achteruitgang van de kwantitatieve toestand van het grondwater in een probleemgebied binnen een grondwaterlichaam te voorkomen, om een bestaande negatieve trend te kenteren en om de toestand te verbeteren om op lange termijn de goede kwantitatieve toestand van het grondwaterlichaam te bereiken en/of te behouden. Er kunnen verschillende actiegebieden voor één probleemgebied worden aangeduid. Buiten de actiegebieden geldt het generieke grondwatervergunningenbeleid. Of een gebied een actiegebied is, wordt 6-jaarlijks geëvalueerd bij de opmaak van de nieuwe stroomgebiedbeheerplannen (2016-2021; 2022-2027).
- CSVPutwater: water dat niet afkomstig is uit het openbaar waterdistributienetwerk en als bron ondiep of diep grondwater heeft. Particuliere putwatergebruikers: particuliere gebruikers van putwater met een waterverbruik van minder dan 500 m³ per jaar.
- CSVGemiddeld aantal hittegolfdagen of dagen gelegen tijdens een hittegof, per jaar in de beschouwde periode. Dit stemt overeen met het aantal dagen in een jaar waarbij de 3-daagse gemiddelde maximumtemperatuur groter of gelijk is aan 29,6°C, en tegelijkertijd de 3-daagse gemiddelde minimumtemperatuur groter of gelijk is aan 18,2°C. Periode: Huidig klimaat (referentieperiode 2000-2016) + periode rond 2100 volgens een hoog-impact klimaatscenario.
- CSVJaargemiddelde temperatuur per gemeente. Periode: Huidig klimaat (referentieperiode 1976-2005) + periode rond 2100 volgens een hoog-impact klimaatscenario.
- CSVWeergave van de berekende luchtkwaliteit (jaargemiddelde) op basis van de vaste meetstations voor vier verschillende luchtverontreinigende stoffen: fijn stof (PM10 en PM2,5), stikstofdioxide en roet (black carbon). Fijn stof: zeer kleine deeltjes die aanwezig zijn in de lucht; PM10 en PM2,5. Dat staat voor deeltjes (particulate matter) die kleiner zijn dan 10 of 2,5 micrometer Luchtkwaliteitsindex YACAQI (Year Average Common Air Quality Index) geeft een algemeen beeld van de luchtkwaliteit in een gemeente; >1 wil zeggen dat voor 1 of meerdere van de 4 opgenomen indicatoren de norm niet werd gehaald, <1 wil zeggen dat norm voor alle indicatoren werd gehaald.
- CSVHoeveel van de voorziene riolering is al gerealiseerd in jouw gemeente? En van hoeveel inwoners wordt het afvalwater afgevoerd en gezuiverd?
- CSVEen IBA is een installatie die voorzien is op het zuiveren van zowel grijs als zwart afvalwater. Regenwater moet dus sowieso afgekoppeld worden van de afvalwaterleidingen op het moment de dat IBA aangesloten wordt. Je kan hier terugvinden hoeveel IBA's er aanwezig zijn en de geplande per gemeente.
- CSVHet rapport geeft een overzicht van de kosten en opbrengsten van het rioolbeheer in Vlaanderen. Daarnaast onderzoeken we of de tarieven van de gemeentelijke saneringsbijdrage en -vergoeding, de financiële resultaten en de kassaldi overeenstemmen met de wettelijke bepalingen en brengen we de kostenefficiëntie van de verschillende rioolbeheerders in kaart. De gemiddelde rioleringskost voor Vlaanderen wordt als volgt berekend: Totale kosten voor Vlaanderen/totaal inwonersaantal van Vlaanderen.
- CSVuitstoot fijn stof (PM2,5) door gebouwenverwarming huishoudens. Ammoniak Emissies Veeteelt: De veeteelt is voor 86% verantwoordelijk voor de ammoniakemissie binnen de land- en tuinbouw in Vlaanderen. De veeteeltemissie omvat stal-en opslagemissie, emissie van grazende dieren en emissie van het uitrijden van dierlijke mest. Het overige deel is te wijten aan het gebruik van kunstmest en het kleinste aandeel vormen de emissies die vrijkomen tijdens de verwerking van de dierlijke mest. Deze laatste (kunstmest en mestverwerking) zijn niet mee opgenomen in het emissiecijfer van de veeteelt. Luchtkwaliteit Weergave van de berekende luchtkwaliteit (jaargemiddelde) op basis van de vaste meetstations voor vier verschillende luchtverontreinigende stoffen: fijn stof (PM10 en PM2,5), stikstofdioxide en roet (black carbon). Fijn stof: zeer kleine deeltjes die aanwezig zijn in de lucht; PM10 en PM2,5. Dat staat voor deeltjes (particulate matter) die kleiner zijn dan 10 of 2,5 micrometer Luchtkwaliteitsindex YACAQI (Year Average Common Air Quality Index) geeft een algemeen beeld van de luchtkwaliteit in een gemeente; >1 wil zeggen dat voor 1 of meerdere van de 4 opgenomen indicatoren de norm niet werd gehaald, <1 wil zeggen dat norm voor alle indicatoren werd gehaald.
- CSVHoeveel bedraagt de waterfactuur voor een gemiddeld gezin per gemeente? Hoe kan je de waterfactuur opsplitsen?
- CSVVlaanderen is opgedeeld in 11 hydrografische bekkens. In de tweede generatie stroomgebiedbeheerplannen werd er voor elk van deze bekkens een bekkenspecifiek deel uitgewerkt. Deze bekkenspecifieke delen focussen op het waterbeleid in het bekken, zowel op de Vlaamse oppervlaktewaterlichamen (afstroomoppervlakte > 50 km²), als op de lokale oppervlaktewaterwaterlichamen (afstroomoppervlakte < 50 km²). In de stroomgebiedbeheerplannen en in haar bekkenspecifieke delen worden ook prioriteiten gelegd: in bepaalde afstroomzones van Vlaamse oppervlaktewaterlichamen wil Vlaanderen tegen 2021 een goede toestand bereiken, dit zijn de speerpuntgebieden. In andere afstroomzones van Vlaamse oppervlaktewaterlichamen wil Vlaanderen tegen 2027 een goede toestand bereiken, dit zijn de aandachtsgebieden. Het overzicht per gemeente bevat de hydrografische bekkens, de afstroomzones van Vlaamse Waterlichamen en de Prioritering van deze gebieden(Speerpuntgebied / Aandachtsgebied) die zich op grondgebied van de gemeente bevinden. Updatecyclus: om de 6 jaar.
- CSVIn de stroomgebiedbeheerplannen 2016-2021 worden maatregelen en acties voorgesteld om de uitdagingen van het Vlaamse waterbeleid aan te pakken. Er worden zowel gebiedsspecifieke acties als generieke acties opgenomen. Gebiedsspecifieke acties zijn acties die kunnen gelocaliseerd worden en die invloed hebben op één of meerdere waterlichamen. Generieke acties zijn acties die gelden voor heel Vlaanderen zoals regelgeving. Het overzicht per gemeente bevat het overzicht van de gebiedsspecifieke acties. Updatecyclus: om de 6 jaar.
- CSVHet aantal kg gebruikte pesticide per gemeente.
- CSVDe waterkwaliteit van de waterlopen per gemeente.
- CSVOverstroombaar gebied per gemeente.
- CSVHoeveel gebouwen kunnen er overstromen bij een overstroming? (per gemeente).
- CSVSignaalgebieden zijn nog niet ontwikkelde gebieden met een harde ruimtelijke bestemming (vb. woonuitbreidingsgebied, industriegebied...) die ook een functie kunnen vervullen in de aanpak van wateroverlast, omdat ze kunnen overstromen of omdat ze omwille van specifieke bodemeigenschappen als een natuurlijke spons fungeren. Het gaat om gebieden met een mogelijke tegenstrijdigheid tussen de huidige bestemmingsvoorschriften en de belangen van het watersysteem. Als na grondige analyse van een signaalgebied blijkt dat het risico op wateroverlast bij ontwikkelen van het gebied volgens de bestemming toeneemt, dan beslist de Vlaamse Regering tot een vervolgtraject voor dat gebied. In het vervolgtraject legt de Vlaamse Regering een ontwikkelingsperspectief voor het gebied vast en bepaalt ze via welk instrument het ontwikkelingsperspectief moet gerealiseerd worden. Als het signaalgebied een andere bestemming moet krijgen, duidt de Vlaamse Regering ook het bestuur aan dat het initiatief moet nemen om de herbestemming te realiseren. Voor 235 signaalgebieden, variërend in grootte van enkele percelen tot meerdere hectares, heeft de Vlaamse Regering de voorbije jaren een beslissing genomen over welk initiatief nodig is om het waterbergend vermogen van dat gebied in de toekomst te behouden. Het overzicht per gemeente bevat de signaalgebieden die gelegen zijn op het grondgebied van de gemeente.
Gemeente, Emissie, Veeteelt, Grondwater, Putwater, Klimaat, Hittegolf, Temperatuur, Luchtkwaliteit, Riolering, Waterzuivering, Fijn stof, Bekkenwerking, Pesticide, Waterkwaliteit, Overstroombaar gebied, Signaalgebied
- Laatst gewijzigd op 30.04.2024
Contact
Vragen over deze dataset
- info@vmm.be